Margreet Vermeer is onderwijsprofessional en adviseur bij The Learning Network. Wekelijks deelt zij voorbeelden, vragen en visie op de veranderende onderwijswereld. Vandaag: Ouders als onderwijsassistent. Werkt dat nou wel?

De onmisbare rol van ouders bij digitaal toetsen
Mijn dochter doet dit jaar online eindexamen. Via het Luzac. Ook ik merk het. Door het online onderwijs krijgt een ouder steeds meer de rol van onderwijsassistent. Thuis ontvingen we een heel eindexamenprotocol. We moeten van alles voor haar klaarzetten, met voor de surveillant een mobieltje met camera zodat die tijdens het examen goed met haar kan meekijken. Vijf minuten voor het schriftelijk krijgen we een mailtje. Met het eindexamen dat we eerst moeten uitprinten. En ja, wanneer je als leerling niet weet hoe je dat moet doen, vooral wanneer de printer thuis in een andere ruimte staat, moet je als ouder daarbij echt even helpen.

Emotionele kant
Dan heb je nog de emotionele kant. ‘Hoe gaat het met je? ‘Ben je zenuwachtig?’ ‘Heb je d’r zin in?’ ‘Kan ik je ergens bij helpen?’ Dat zijn vragen die normaal een docent stelt, maar door het online onderwijs raakt die meer op de achtergrond. Omdat hij letterlijk op afstand zit. ‘En mam, ik snap het niet. Kun jij mij misschien hierbij helpen?’

Meer stress aan tafel
Sommige ouders kunnen dat, en hebben daarvoor ook tijd. Voor anderen is dat nieuw, maar ze willen dat ondanks tijdgebrek graag leren. Maar je hebt ook ouders die daarin helemaal geen zin hebben of dat niet kunnen. Dat geeft stress, en dat is niet iets wat je wilt vlak voor een toets. Nu ontstaat thuis toch al meer stress aan tafel sinds alle scholen zijn gesloten. Het valt ook niet mee. Ineens alle kinderen hele dagen in huis. Die vinden het thuis zelf soms ook vreselijk. Vooral binnen kwetsbare of onveilige gezinssituaties. Zie je thuis dan maar eens te concentreren. Vooral als je geen eigen slaapkamer hebt, en je midden in de huiskamerdrukte een digitale toets moet maken. Ik hoor dat van vriendinnen van mij in het onderwijs, dat mentoren enorm aan het nabellen zijn met leerlingen. Die moeten tijdens een online les verplicht ‘ja’ zeggen om aan te geven dat ze er zijn. Als ze dat niet doen, zijn ze er misschien inderdaad niet of ze hebben geen zin om te antwoorden, omdat ze worden afgeleid doordat er thuis ineens van alles speelt.

Have en have nots
Online onderwijs, digitale toetsen, het zal zorgen voor een tweedeling. Tussen de have en de have nots. Dat gaat niet alleen over het hebben van een laptop, pc of andere device. Maar met name om het echt helpen, om er tijdens een digitale toets voor je kind te zijn. Om te weten wat je als ouder moet doen als dan de wifi uitvalt of ineens een laptop op zwart gaat. Het gaat ook om ouders die de stof kunnen uitleggen aan hun kinderen, of ze desnoods naar bijles sturen, versus ouders die nauwelijks tot geen Nederlands spreken, laat staan dat ze hun kinderen kunnen helpen of het geld hebben voor extra onderwijs.

Extra ondersteuning ouders
We moeten met z’n allen voorkomen dat de kans op ongelijkheid door online onderwijs en digitaal toetsen groeit en versnelt. Er zijn kwetsbare groepen die extra ondersteuning verdienen. Kinderen moeten toegang hebben en houden tot technische hulpmiddelen. Kunnen opgroeien in een situatie die ze tot leren stimuleert. Ze moeten dus niet al afvallen voordat ze worden getoetst. En daar moeten wij ook de ouders bij helpen.